Met STIP op 1!
- 10 nov 2017
- 14 minuten om te lezen
Op 6 november had ik een wel heel bijzondere afspraak op de planning, namelijk met de mensen van Studenten Techniek In Politiek, of kortweg STIP.
STIP is uniek in Nederland aangezien dit een volwaardige politieke partij is maar die alleen maar uit studenten bestaat!
Tijdens de laatste Gemeenteraadsverkiezingen heeft STIP 4 zetels behaald en is daarmee de een-na grootste van Delft geworden! Kortom, een partij om serieus te nemen!
Aangezien ik zelf een geboren en getogen Delftenaar ben zie ik in de actualiteiten ook wel eens reacties van andere partijen voorbij komen. Zo is er een partij die van mening is dat STIP maar ‘stom’ is want ‘er is geen stabiliteit in de fractie omdat er ieder jaar fractieleden worden gewisseld’ Ik werd daarom wel nieuwsgierig. Ik ken STIP als de vrolijke studenten met de knalgele truien die je tijdens de OWee rond ziet lopen, maar wat hun verdere verhaal is? Dat wist ik niet.
Een andere reden om toch eens een afspraak te willen maken is de wethouder die vanuit STIP zitting heeft in het College van B&W. Ik heb de beste man al vaker gezien en toen ik hem tijdens de OWee van dit jaar op de Infomarkt zag staan heb ik even in een twijfeling gestaan of ik niet een selfie met hem moest vragen. Maar al snel volgde de gedachte dat ik daar toch niet zoveel aan zou hebben, dus ik vervolgde mijn weg over de Informatiemarkt. Niet veel later dook de wethouder op mijn Twitteraccount op als volger en toen ontdekte ik dat het eigenlijk best stom was geweest dat ik die selfie niet had gevraagd want hij komt op een hoop plekken waar ik ook vaak kom en ook merkte ik dat juist deze wethouder het beleid in Delft een stuk toegankelijker maakte door zijn foto’s en updates.
Het berichtje naar STIP verliep heel grappig. Via facebook stuurde ik heel enthousiast een privéberichtje, maar omdat ik te vroeg op enter drukte kwam mijn verhaal wel op een heel onhandig moment ter onderbreking (‘Jullie zijn lastig te missen met de vrolijke kleuren en met STIP op 1 met de Leukste Wethouder van Delft!’….) gelukkig deed ik dit op een zondag dus werd er niet direct op gereageerd waardoor ik mijn verhaal tactvol kon vervolgen en uit eindelijk tot de vraag kon komen of er niet eens een afspraak gemaakt kon worden.
De eerste reactie kwam van een zittend fractielid (die dus zitting heeft in de gemeenteraad) en hij gaf aan dat de mensen van STIP al geruime tijd hadden zitten wachten tot zij eens aan de beurt waren voor een bezoekje.
Dat was voor mij natuurlijk ook een leuke binnenkomer, aangezien ik eerder sterk in twijfel had gezeten of ik dit nu wel moest doen.
Het fractielid had me beloofd op zoek te gaan naar een passende datum wanneer ik meerdere datumsuggesties zou opgeven en hij zou deze datumvoorstellen ook neerleggen bij de wethouder himself.
Ongeveer een week daarna ontving ik een bericht van een commissielid (dat is iemand die wordt voorbereid op de functie van fractielid.) dat de wethouder (die op dat moment in China zat!) in mijn datumsuggesties een passende datum had gevonden dus dat zou hem dan worden!
Goed, dat is in orde, maar ik ken het Stadhuis alleen van de trouwzaal en de twee ruimtes waar je kunt stemmen tijdens verkiezingen. Ik zou je niet kunnen vertellen waar ik zou moeten wezen voor dit bezoek!
Ook nu bood het commissielid de redding en hij legde me uit hoe ik aan de politieke kant van het Stadhuis moest komen. (Al snel kwam de volgende vraag in me op want de politieke kant van het Stadhuis is de achterzijde. Ik kon me niet herinneren dat ik ooit een achterdeur had gezien…)
Op 6 november was het dan eindelijk zo ver! Op een vriendelijke en zonnige dag kwam ik aan bij de achterzijde van het Stadhuis en daar vond ik (ingebouwd tussen de terrassen van De Waag en De Sjees) de achterdeur met de bellen.
Een van de twee huidige commissieleden beantwoordde de intercom (Althans, als ik de situatie zo terugdraai twijfel ik wel of dit niet toevallig toch de wethouder geweest is… De naam die genoemd werd klonk namelijk meer als die van de wethouder maar op het moment van aanbellen wist ik niet bepaald hoe alle STIP personen heetten…) en de ander kwam al direct naar beneden gelopen om me op te vangen aangezien ik echt geen idee had hoe het nu verder moest.
Ik werd vrolijk onthaald door dit commissielid en toen hij zich voorstelde wist ik al direct wie hij was, aangezien hij de tweede persoon was geweest met wie ik contact had gehad via de facebookpagina.
‘We mogen van de Bodes geen eigen koffiezetter op de fractiekamer hebben, dus als we iets van koffie of thee willen hebben dan moeten we altijd hier naartoe!’ legde het commissielid uit waarop hij een kopje thee voor me maakte.
Daarna volgde de reis naar boven in het oudste trappenhuis van Delft. (Ik dacht dat die van de Nieuwe Kerk ouder was, maar dat is dus niet zo! Dit is het enige gebouw in Delft dat de diverse stadsbranden heeft overleefd) Ik was iets eerder dan de afgesproken 16:00 dus ik verwachtte dat de wethouder pas later zou volgen. De verrassing was dan ook groot toen we de fractiekamer bereikten, de deur open ging en de eerste persoon die ik zag zitten de wethouder was!
‘Dag Sabine, leuk om kennis te maken!’ aldus de wethouder die direct opsprong om me de hand te schudden.
Achter een bureau zat het andere commissielid te werken.
Terwijl het gesprek al aardig op gang kwam met dit gezelschap stapten er voortdurend nieuwe personen binnen. STIP is net als iedere andere politieke partij onder te verdelen in een Bestuur en een Fractie.
Onder de fractie vallen de zittende fractieleden en de commissieleden die worden voorbereid op het fractielidmaatschap. Volgens mij is er in dit tijdvak nu een derde groep toegevoegd namelijk dat van aankomend commissielid aangezien de huidige commissieleden in december fractielid worden en de derde persoon die binnenstapte die werd volgend mij wel een commissielid, maar is dit nog niet. (Maar, hij kan net zo goed een Bestuurslid zijn. Op de website staat echter nog het oude Bestuur van vorig jaar, dus ik weet dit niet zeker. Voor het gemak hou ik het in dit verslag op aankomend commissielid.) De wethouder legde me al direct uit hoe de continuïteit binnen STIP wordt gewaarborgd. ‘Wanneer je de sollicitaties doorgekomen bent begin je 1 jaar als commissielid, na dat 1e jaar wordt je geïnstalleerd als nieuw fractielid en in het 2e jaar ben je aftredend fractielid. Ieder jaar treden er dus twee fractieleden terug en komen daar twee goed voorbereidde nieuwe fractieleden voor in de plaats die achter de schermen al een jaar hebben meegedraaid als commissielid. In totaal ben je 3 jaar actief met STIP bezig waarvan twee jaar in de Gemeenteraad zelf.’
Het commissielid met wie ik contact had gehad vulde aan ‘Wij doen hetzelfde als de fractieleden, behalve stemmen dan…’ (Kortom, het argument van die andere partij dat er geen rode draad binnen STIP te vinden is, dat kan van tafel worden geveegd!)
Juist op dat moment stapte een van de aftredend fractieleden binnen, compleet met STIP das.
De wethouder vertrouwde me toe dat dit fractielid natuurlijk zijn das om had gedaan omdat hij lid is bij het Corps.
Kort daarna volgde het volgende aftredend fractielid en die had geen das om.
‘Moest dat dan?’ zei hij heel droog.
Duidelijk, ik had dus de twee aftredend fractieleden tegenover me zitten (De andere twee fractieleden die dit jaar in hun 1e jaar als raadslid zitten waren afwezig), de wethouder zat rechts van mij en de commissieleden die in december hun plaats zullen innemen zaten links naast mij. Bleef er nog die ene over die ik dus beschouw als ‘aankomend commissielid’.
Dit was dan weliswaar een groep met alleen maar mannen, maar dat wilde niet zeggen dat er daardoor veel minder gesproken werd. Praten kunnen alle aanwezigen als de beste en er werden ook regelmatig leuke ontdekkingen gedaan. Zo ging een van de commissieleden op jacht naar een gedenkboek over STIP aangezien de wethouder daarover was begonnen. Van dat boek werd helaas maar 1 exemplaar gevonden maar daarnaast dook wel een doos op die op veel reacties kon rekenen en die doos zou regelmatig terugkomen in de gesprekken. (Ik denk dan ook zelf dat het beste kerstcadeau voor STIP en de wethouder een Delftsche Doosch is) Hoewel er dus maar 1 exemplaar van het gedenkboek was, mocht ik dat natuurlijk wel even doorbladeren en al snel merkte ik dat de wethouder iedere naam kon noemen.
STIP is opgericht in 1993 door een aantal ambitieuze studenten en de inspiratie hiervoor kwam aanvankelijk bij ORAS vandaan. Maar al snel groeide STIP uit tot een uniek fenomeen dat goed opvalt in Delft, mede ook door de felle gele kleur.
‘STIP heeft gekozen voor geel want dat is een typisch lokale kleur die de landelijke partijen niet gebruiken en daarnaast valt het natuurlijk heel goed op!’ verklaarde de wethouder.
‘Mensen weten meteen wat ik doe wanneer ze mijn das zien!’ zei het fractielid met de das lachend.
De das is felgeel met rood, een opvallende combinatie.
‘De eerste lichting dassen was goudgeel met rood maar dat leidde nog wel eens tot opmerkingen waardoor de tweede lichting dassen een echt gele kleur kregen’ legde de wethouder uit.
(Stel je eens voor, gouden posters, dat zou nogal een apart beeld oproepen!)
De aftredende raadsleden konden op hun beurt nog wat meer vertellen over successen die STIP heeft behaald.
Men denkt algauw dat STIP alleen voor de studenten zit, maar innovaties en ontwikkelingen op en rond fietspaden zijn zeer gunstig voor alle fietsers.
Momenteel is STIP druk bezig met het werken aan een leuke en leefbare Campus waardoor het voor studenten veel interessanter en aantrekkelijker zal worden om daar te gaan wonen, dus hou dit vooral goed in de gaten!
De wethouder kwam vervolgens met het idee om eens een ronde door het Stadhuis te lopen. (Onderzoek heeft uitgewezen dat zitten het nieuwe roken is, dus een portie lichaamsbeweging en nieuwe dingen ontdekken is altijd een goed idee!) We startten beneden in de welbekende ontvangsthal. De wethouder deed nog even voor hoe hij eerder die week aan het spreekgestoelte had gestaan om de delegatie Nachtburgemeesters te ontvangen op het Stadhuis terwijl een van de commissieleden een lopersleutel bij de Bodes ging halen zodat we alle mooie plekken van het Stadhuis konden zien.
‘Ik weet niet of we hier nu in kunnen, maar deze ruimte heet de Wezenkamer. Vroeger was dit namelijk de plek waar alle wezen van Delft verzorgd werden!’ aldus de wethouder.
Wauw, nooit geweten!
Alleen hebben we nooit gezien hoe de Wezenkamer er van binnen uitziet.
We liepen door richting de Burgemeesterskamer die ik uiteraard wel kende van de verkiezingen. Al sinds ik stemrecht heb verkies ik stemmen op het Stadhuis boven stemmen op het dichtstbijzijnde stemlokaal, want het Stadhuis is de place to be als het om stemmen en verkiezingen gaat!
Nu zag het er wel een beetje anders uit, aangezien er geen grote stembussen en geen lange rij wachtenden in de ruimte stonden.
Het is een fraaie goud-geel met blauwe kamer met een flinke tafel in het midden en deze tafel was nu gedekt voor een diner dat de wethouder zou hebben met overleggroep.
De wethouder liet me ook de diverse Delfts Blauwe pronkstukken zien die in de kast stonden.
Het commissielid met wie ik contact had gehad was op zijn beurt naar een ‘geheime deur’ gelopen maar helaas ging deze niet open. We zouden dus niet gaan ontdekken wat er achter die deur zat, maar als ik de wethouder mocht geloven dan komt de deur uit op een gang.
Een ander opvallend item in de Burgemeesterskamer is de oorkonde ter toekenning van de stadsrechten voor Delft. Denk je eens in hoe deze oorkonde eeuwen geleden naar Delft gebracht moet zijn. Het enorme lakzegel prijkt er in vol ornaat onder en maakt het tot een prachtig geheel!
Van de Burgemeesterskamer gingen we door naar de Scheepenzaal welke ook wel bekend is als de trouwzaal. Deze zaal heb ik in het verleden een keer of 5 gezien omdat er een juf ging trouwen, de moeder van mijn beste vriendin hertrouwde en er een buurvrouw ging trouwen. De plek waar ik zelf ook wil trouwen aangezien dit zoveel mooier en beter is dan een klinisch kamertje op de Stadhuizen van de grotere steden.
Terwijl ik een beetje aan het rondkijken was wees de wethouder me op een camera die me eerder nog niet eens was opgevallen.
‘Deze camera’s zijn 24 uur per dag uit te lezen…’ begon hij en mijn eerste gedachte was al direct ter voorkoming dat iemand er met een van de portretten die in de zaal hangen vandoor zou gaan maar dat bleek toch iets anders te zitten ‘…Bruidsparen krijgen, wanneer zij dat willen, een code die zij kunnen doorgeven aan naasten die helaas niet bij de bruiloft kunnen zijn, zodat ze alles toch kunnen volgen! Als er nu mensen zitten te kijken zien ze ons live rondlopen!’ aldus de wethouder.
Nou, wie had dat gedacht… Dat ik met alleen maar mannen in de Scheepenzaal zou lopen… Dat is toch niet te filmen?
De wethouder vertelde me vervolgens dat de twee portretten achter ‘De burgerlijke stand’ een groot mysterie zijn. ‘Niemand weet wie de portretten gemaakt heeft en het is niet duidelijk wie er precies op staan!’ aldus hem.
Op de wand aan de achterzijde van de Scheepenzaal hangen twee nieuwe portretten (Nou ja, ze komen wel uit het museumdepot dus ze hebben wel een leeftijd) aangezien het portret dat daar eerder hing tot enige discussie had geleid. Een bruidspaar had wel terecht opgemerkt dat de twee nieuwe portretten enigszins uit de toon vallen omdat de andere vier portretten in de zaal een hoekige vorm hebben terwijl deze twee portretten ovaal zijn.
Na de Scheepenzaal gingen we weer naar boven en zouden we nu naar plaatsen gaan waar ik nog niet eerder was geweest. De Raadszaal kende ik uiteraard wel vanuit de krant en facebook, maar het was voor het eerst dat ik hier zelf rondliep.
De wethouder legde samen met de fractievoorzitters uit hoe de Raadszaal in elkaar zit en wie dan waar zijn positie heeft.
De burgemeester heeft natuurlijk het beste plekje en ik had het geluk dat ik even op haar stoel mocht zitten (hier zijn foto’s van!) de wethouder liet zijn zetel zien en ook de fractieleden wilden natuurlijk hun zetel laten zien. STIP heeft 4 zetels in de fractie en maakt deel uit van de coalitie waardoor de wethouder zijn zetel op de Collegerij heeft.
In de Raadszaal hangen portretten van alle Staatshoofden die Nederland heeft gehad en het huidige Staatshoofd Willem Alexander hangt achter de griffiers tribune en is daardoor vanuit de gehele zaal zichtbaar. (Wanneer je op de publieke tribune zitting neemt kun je dit portret direct zien hangen) De wethouder legde uit dat ieder Staatshoofd aan het begin van het ambtstermijn bepaalt hoe deze afgebeeld wenst te worden en dat is meestal een schilderij. Koning Willem Alexander daarentegen wenste een fotoportret en zo geschiedde dat dan ook.
De Raadszaal heeft een vrij moderne uitstraling al zijn er altijd wat verbeterpuntjes te vinden. Ook het opvallende vloerkleed is iets waar je maar moeilijk omheen kunt!
Wat mijn persoonlijke aandacht direct trok zijn de wapens van de steden van Holland afgebeeld in de glas in lood ramen van de Raadszaal.
Delft staat twee keer afgebeeld, een keer met het klassieke stadwapen en een keer met het wapen dat ik wellicht nog mooier vind. Dat wapen bevat de twee poorten van Delft en is ook jarenlang het wapen van mijn middelbare school, Christelijk Lyceum Delft, geweest. Iets waar ik altijd heel erg trots op ben geweest en ik weet nog hoezeer ik onder de indruk was toen ik tijdens een Kunstkick (een evenement waar je voor CKV in de 3e klas naar musea ging) rondleiding een lakzegelstempel in Museum het Prinsenhof zag staan met exact hetzelfde wapen! (Neem van mij aan dat ik nog steeds woest ben op het schoolbestuur dat er nu een slap aftreksel van dit officiële stadswapen wordt gevoerd als logo van de school…) Beide stadswapens zette ik uiteraard even op de foto waarna er enkele foto’s met de fractieleden en de commissieleden werd gemaakt. (Precies op de 4 zetels van STIP. Het overgebleven commissielid bleef samen met de wethouder staan en het aankomend commissielid maakte de foto’s)
Nadat deze foto’s waren gemaakt wilde ik ook nog de schade inhalen van de OWee. Ik was de wethouder toen half blind voorbij gelopen en twee maanden later opnieuw.
‘Drie maal is scheepsrecht!’ voerde een van de fractieleden aan terwijl het aankomend commissielid opnieuw de foto’s maakte van de wethouder en ik.
Na de Raadszaal liepen we naar de portretten van alle burgemeesters die Delft en uiteraard wist de wethouder ook nu weer van alles en nog wat te vertellen. Zo was het een burgemeesterskat die de theezolder van Sint Jansbrug aan de naam Oele hielp. Oele de burgemeesterskat was namelijk dol op de theezolder en was daar regelmatig te vinden!
Een ander opvallend iets waren de verschillende Ambtsketens. Een burgemeester van enkele jaren terug droeg een iets ander model dan het welbekende model en dat afwijkende model had ik ook al eens gezien wanneer de wethouders als Loco-burgmeester een jubileum bezoeken.
‘Er zijn inderdaad twee verschillende Ambtsketens. Die simpelere die je daar ziet wordt ook wel de feestketting genoemd en is iets minder kwetsbaar dan de Ambtsketen die je bij onze laatste burgemeester ziet hangen. Dat is de originele en oudste Ambtsketen van Delft en daardoor ook een stuk kwetsbaarder.’ Aldus de wethouder.
Weer iets ontdekt!
We gingen door naar het laatste stuk van de rondleiding en daarvoor zetten we weer koers naar de oudste trappen van Delft.
Helemaal bovenin het Stadhuis zit namelijk de stadsgevangenis Het Steen en hier is Balthazar Gerards (de moordenaar van Willem van Oranje) zelfs opgesloten geweest.
Naast een erg sobere en zeer tochtige cel waar je letterlijk op water en brood werd gezet tref je hier ook bijzonder wrede martelwerktuigen. Van een stikhok waar je 24 uur lang geen frisse lucht of daglicht krijgt tot een uitrek-bank. Ook nu was het vooral weer de wethouder die veel kon vertellen over alle werktuigen (‘Radbraken was toen een manier van martelen, nu verstaan we daar toch iets heel anders onder!’) terwijl ik alles geboeid in me opnam.
De commissieleden vonden vooral de schandton erg interessant.
Wanneer je de schandstraf kreeg moest je met deze ton om je lijf door de stad lopen en dan mochten mensen zaken naar je toe smijten en als je de zware schandstraf had, dan moest je in je blootje in die ton. Nu zou je denken dat dat niet veel verschil maakt, maar aldus het commissielid met wie ik eerder contact had gehad word je dan nog vele malen vuiler waardoor het nog vervelender is om te ondergaan.
Je kunt wel stellen dat de mensen van toen behoorlijk wreed waren, maar anderzijds waren dit ook wel de straffen die een potentiële misdadiger succesvoller zouden afschrikken.
Als aandenken aan mijn bezoekje aan Het Steen kreeg ik ook nog een informatieboekje van de wethouder uitgereikt. (De foto’s zouden al snel te donker geworden zijn)
De reden dat de stadsgevangenis de naam ‘Het Steen’ draagt komt doordat dit het eerste stenen gebouw van Delft was. (En daardoor heeft dit ook de tand des tijds en de stadsbranden overleefd)
We keerden weer terug op de fractiekamer en de wethouder gaf aan dat ik uiteraard niet met lege handen zou vertrekken. Wellicht naïef van mij, maar ik had niet gedacht dat ik een tas nodig zou hebben voor dit bezoek… Nou wel dus!
De commissieleden hadden de fractiekamer volledig ondersteboven gekeerd en daar de nodige items mee op weten te duiken. Een voor een zou de wethouder ze aan me over gaan dragen want ‘De VerenigingsVerzamelaar kan natuurlijk niet met lege handen vertrekken!’ aldus hem.
Van het actueelste gadget, de fietslampjes, tot enkele oudere en schaarsere items, het bierglas ter bekroning van de uitslag van de laatste Gemeenteraadsverkiezingen, alles kwam voorbij!
‘En? Staan we al op een als de instantie met de meeste items?’ vroeg de wethouder na afloop van de ‘cadeautjesregen’
Nou, jullie zouden zomaar beste nieuwkomer in de collectie kunnen worden. Voor ‘de meeste items’ ofwel ‘Best scorend’ zijn er nog wel iets meer zaken nodig!
Dat bracht meteen het volgende punt aan de orde. De Gemeenteraadsverkiezingen worden van te voren gekleurd door de campagneperiode en aangezien ik zo enthousiast was over STIP zag de wethouder natuurlijk wel een kans door me te vragen voor het promoteam. ‘We kunnen altijd wel extra handen gebruiken tijdens de campagne en het zou natuurlijk helemaal leuk zijn als we een bekend gezicht in het team zouden hebben!’
STIP is wat mij betreft van harte uitgenodigd om me te vragen een aantal dagen met hen mee te draaien tijdens de campagneperiode!
Het liedje ‘Revolution’ van Nervo is een van mijn vaste verkiezingsverwijsliedjes, dus hoe leuk zou het dan zijn als ik zelf een stukje meegedaan heb met deze revolution!
Wordt vervolgd!
Daarna was het wel tijd om afscheid te nemen. Ik vond het heel erg leuk dat de wethouder in zijn zeer drukke schema tijd voor mij vrij heeft weten te maken en dit bezoek hiermee een extra dimensie heeft gegeven!
En natuurlijk mijn dank aan de aftredend fractieleden, de twee commissieleden en het aankomend commissielid/Bestuurslid die zo gastvrij zijn geweest om mij te ontvangen, meer te vertellen over de partij en mijn collectie aan hebben gevuld met een aantal mooie en zeer bijzondere items!
Laat de campagneperiode maar komen, dat wordt vast heel leuk!

Comments